De compromistekst van het Parlement bestaat uit vier hoofdpunten, die we allemaal van harte steunen: in de eerste plaats wordt de beschermingstermijn van het auteursrecht voo
r uitvoerende kunstenaars en producenten uitge
breid van 50 tot 70 jaar; in de tweede plaats kunnen sessiemuzikanten aanspraak maken op 20 procent van de inkomsten van de platenlabels uit de offline- en onlineverkoop; in de derde plaats wordt er een
‘use it or lose it’-clausule ingevoerd ...[+++], waardoor de
rechten na vijftig jaar terugkeren naar de uitvoerende kunstenaar indien de produce
nt de geluidsopname niet op de markt brengt; en in de vierde plaats wordt er een zogenaamde “schone lei”
ingevoerd,
waardoor platenproducenten de royalty's die zij aan bekende uitvoerende kunstenaars uitkeren, niet kunnen verlagen.
Der Kompromisstext des Parlaments hat vier Hauptsäulen, die wir alle mit ganzem Herzen unterstützen. Erstens, eine Verlängerung der Schutzdauer des Urheberrechts für ausübende Künstler und Plattenfirmen von 50 auf 70 Jahre; Zweitens einen neuen Anspruch für Studiomusiker, der sich auf 20 % der Verkaufseinnahmen von Plattenfirmen offline und online beläuft; Drittens eine „Gebrauch-es-oder-verlier-es“-Klausel (Use-it-or-lose-it), die es ausübenden Küns
tlern erlaubt, ihre Rechte nach 50 Jahren zurückzufordern, sollte die Plattenfirma die Tonaufnahmen nicht weiter vermarkten; Viertens, einen sogenannten „Neuanfang“ (c
...[+++]lean slate), was Plattenfirmen daran hindern soll, Abzüge von den Lizenzeinnahmen zu machen, die sie an namentlich genannte, ausübende Künstler zahlen.--