De Ministerraad betoogt in zijn laatste memorie dat « de regel van de taalalternantie wat betreft het voorzitterschap van de Arbeidsrechtbank te Brussel niet verhindert dat de voorzitter in functie, na een eerste ' automatisch ' mandaat van zeven jaar, zich kandidaat stelt voor nieuwe periode van zeven jaar ».
Der Ministerrat macht in seinem letzten Schriftsatz geltend, dass « die Regel des Wechsels in der Sprachzugehörigkeit in bezug auf die Präsidentschaft des Arbeitsgerichts Brüssel kein Hindernis dafür darstellt, dass der amtierende Präsident nach einem ersten ' automatischen ' Mandat von sieben Jahren sich für einen neuen Zeitraum von sieben Jahren bewirbt ».