2. neemt kennis van het feit dat de Rekenkamer in haar jaarverslag 2010 op basis van haar controlewerkzaamheden heeft geconcludeerd dat de betalingen voor de administratieve en andere uitgaven van de instellingen en organen over het per 31 december 2010 afgesloten jaar als geheel geen materiële fouten vertonen; onderstreept het feit dat het meest waarschijnlijke foutenpercentage wat de administratieve uitgaven in het algemeen betreft, wordt geraamd op 0,4% (paragrafen 7.9 en 7.10);
2. nimmt zur Kenntnis, dass der Rechnungshof in seinem Jahresbericht 2010 auf der Grundlage seiner Prüfergebnisse befand, dass die Zahlungen für das am 31. Dezember 2010 abgeschlossene Haushaltsjahr im Bereich der Verwaltungsausgaben und anderen Ausgaben der Institutionen und Organe im Allgemeinen keine wesentlichen Fehler aufweisen; stellt fest, dass die wahrscheinlichste Fehlerquote im Bereich „Verwaltungsausgaben“ insgesamt auf 0,4 % geschätzt wird (Ziffern 7.9 und 7.10);