37. her
innert eraan dat de Europese Onderzoeksraad succesvol is gebleken in het bevorderen van wetenschappelijke topkwaliteit en een versterkende factor is binnen de EOR; dringt erop aan de structuren en mec
hanismen van de EOR verder te verbeteren en de instrumenten van de EOR een impuls te geven; benadrukt dat het aandeel van de begroting dat bestemd is
voor subsidies voor jonge en vrouwelijke onderzoekers en onderzoekers afkoms
...[+++]tig van innovatieve kmo's (zowel onderzoeksteams als individuele onderzoekers) aanzienlijk moet worden verhoogd, en dat Marie Curie-acties en -initiatieven moeten worden gesteund, om op die manier de mobiliteit te bevorderen (door een vijfde vrijheid in te voeren: de vrijheid van kennis) en de mogelijkheden voor loopbaanontwikkeling en samenwerking tussen universiteiten, openbare onderzoeksinstituten en het bedrijfsleven en de toegang tot grote onderzoeksinfrastructuren te vergroten; roept het bedrijfsleven op tot een grotere betrokkenheid bij doctorale en postdoctorale onderzoeksprogramma's; dringt erop aan dat de nodige maatregelen worden getroffen om te zorgen voor behoorlijke arbeidsvoorwaarden voor wetenschappers in de EU om zo Europa internationaal aantrekkelijker te maken voor onderzoekers en verdere kennisvlucht te voorkomen en de Europese wetenschap naar topniveau te stuwen; 37. weist darauf hin, dass der Europäische Forschungsrat ein Erfolgsmodell bei der Förderung wissenschaftlicher Spitzenleistungen ist und wesentlich zur Stärkung des EF
R beigetragen hat; fordert eine weitere Verbesserung der Strukturen und Mechanismen des EFR und eine Stärkung seiner Instrumente; hält es für notwendig, dass die Mittel für St
ipendien sowohl für junge Wissenschaftler als auch für Frauen in der Wissenschaft sowie für Wissenschaftler aus innovativen KMU (sowohl Forschungsgruppen als auch Einzelpersonen) anteilig aufgest
...[+++]ockt werden und dass auch die Marie-Curie-Aktionen und -Initiativen besser ausgestattet werden, um so (durch die Einführung einer „fünften Freiheit“ des Wissens) die Mobilität, die Karriereentwicklung und die Zusammenarbeit zwischen Hochschulen, öffentlichen Forschungsinstituten und der Wirtschaft zu verstärken und den Zugang zu den großen Forschungsinfrastrukturen zu verbessern; fordert, dass sich die Wirtschaft stärker an Forschungsprogrammen für Doktoranden und promovierte Wissenschaftler beteiligen sollte; fordert, dass die zur Sicherstellung angemessener Arbeitsbedingungen für Wissenschaftler in der EU notwendigen Maßnahmen umgesetzt werden, um Europa für Wissenschaftler international attraktiver zu machen, der Abwanderung von Spezialisten entgegenzuwirken und Spitzenleistungen in Europa zu erreichen;