Wat de terugwerkende kracht van de bij de bestreden wet doorgevoerde validering betreft, moet worden betreurd dat de Ministerraad het opportuun heeft geacht de argumentatie van de Raad van State te verdraaien door ze uit de context te lichten van het advies dat deze laatste op 9, 13 en 14 juni 2000 heeft verstrekt (advies van de Raad van State, Parl. St., Kamer, 1999-2000, nr. 50-0756/001, pp. 205 en 206).
In bezug auf die rückwirkende Kraft der Gültigerklärung durch das angefochtene Gesetz sei zu bedauern, dass der Ministerrat es für angebracht erachtet habe, die Aussagen des Staatsrates zu verfälschen, indem er sie vom restlichen Teil des Gutachtens vom 9., 13. und 14. Juni 2000 getrennt habe (Gutachten des Staatsrates, Parl. Dok., Kammer, 1999-2000, Nr. 50- 0756/001, SS. 205 und 206).