In de parlementaire voorbereiding wordt de strekking van het wetsontwerp dat tot de eerste wet van 10 april 2014 heef
t geleid, als volgt toegelicht : « Via dit ontwerp wenst de regering een nieuwe geldelijke loopbaan voor het gerechtspersoneel, naar het voorbeeld van de geldelijke loopbaan voor de personeelsleden van het federaal openbaar ambt, in te stellen en op die manier het do
or de wetten van 10 juni 2006 [tot herziening van de loopbanen en de bezoldiging van het personeel van de griffies en de parketsecreta
riaten] en ...[+++] 25 april 2007 [tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek inzonderheid met betrekking tot bepalingen inzake het gerechtspersoneel van het niveau A, de griffiers en de secretarissen en inzake de rechterlijke organisatie] tot stand gebrachte parallellisme te handhaven.In den Vorarbeiten wurde der Zweck des Gesetzentwurfs, der zum ersten Gesetz vom 10. April 2014 geführt hat, wie folgt erläutert: « Mit diesem Entwurf möchte die Regierung eine neue Besoldungslaufbahn für das Gerichtspersonal nach dem Beispiel der Besoldungslaufbahn für die Personalmitglieder des föderalen öffentlichen Dienstes einführen, und auf diese Weise den durch d
ie Gesetze vom 10. Juni 2006 [zur Reform der Laufbahnen und der Besoldung des Personals der Kanzleien und der Sekretariate der Staatsanwaltschaf
ten] und 25. April 2007 [zur Abänderung des ...[+++] Gerichtsgesetzbuches, insbesondere der Bestimmungen mit Bezug auf das Gerichtspersonal der Stufe A, die Greffiers und die Sekretäre sowie der Bestimmungen mit Bezug auf das Gerichtswesen] ins Leben gerufenen Parallelismus beibehalten.