1. Indien de lidstaat van de overtreding besluit een afhandelingsprocedure met betrekking tot de verkeersveiligheidsgerelateerde verkeersovertredingen als bedoeld in artikel 2 in te stellen, zal hij overeenkomstig zijn recht de eigenaar, de houder van het voertuig of de anderszins geïdentificeerde persoon die ervan verdacht wordt de verkeersveiligheidsgerelateerde verkeersovertreding begaan te hebben in kennis stellen van de juridische gevolgen daarvan op het grondgebied van de lidstaat van de overtreding uit hoofde van het recht van die lidstaat.
1. Beschließt der Deliktsmitgliedstaat, in Bezug auf die in Artikel 2 aufgeführten die Straßenverkehrssicherheit gefährdenden Verkehrsdelikte Folgemaßnahmen einzuleiten, so kann er gemäß seinem Recht den Eigentümer, den Halter des Fahrzeugs oder die anderweitig identifizierte Person, die des die Straßenverkehrssicherheit gefährdenden Verkehrsdelikts verdächtig ist, über die rechtlichen Folgen, mit denen das Delikt im Hoheitsgebiet des Deliktsmitgliedstaats nach dessen Recht verbunden ist, informieren.