28. uit zijn verbazing over het ontbreken van verwijzingen in het Groenboek naar de rol van de industriële visserij, die, in de huidige situatie van schaarste van visbestanden, twee derde van de communautaire vangsten voor haar rekening neemt voor de productie van vismeel en -olie; meent dat de ongecontroleerde ontwikkeling hiervan gevolgen heeft voor het evenwicht in de visbestanden, omdat zij enerzijds gevolgen heeft voor de voedselketen en anderzijds tot gevolg heeft dat grote hoeveelheden
worden gevangen van juvenilen van soorten van grote commerciële waarde, door de kleine maaswijdte van de in deze sector gebruikte netten, zoals bl
...[+++]ijkt uit de crisis die is ontstaan bij bepaalde soorten die vroeger in overvloed aanwezig waren, zoals kabeljauw en heek; 28. äußert sein Erstaunen, dass im Grünbuch nicht auf die Rolle der industriellen Fischerei eingegangen wird, die angesichts der derzeitigen Ressourcenknappheit zwei Drittel der Gemeinschaf
tsfänge tätigt, die dann zur Herstellung von Fischmehl und -öl verwendet werden; stellt fest, dass ihre unkontrollierte Entwicklung das Gleichgewicht der Bestände beeinträchtigt und einerseits in die Nahrungskette eingreift, andererseits dazu führt, dass aufgrund der von diesem Sektor verwendeten engmaschigen Netze große Mengen Jungfische von
stark nachgefragten Arten gefangen ...[+++]werden, wie es die Krise unter den Arten zeigt, die früher reichlich vorhanden waren, wie z.B. Kabeljau oder Seehecht;