Indien de inrichtende macht zich niet schikt naar de bepalingen van § 1, stuurt de Regering haar een ingebrekestelling met het verzoek binnen een termijn van dertig kalenderdagen te rekenen vanaf deze ingebrekestelling het bewijs voor te leggen dat de in § 1 bepaalde maatregelen werden genomen.
Wenn der Organisationsträger nicht die Bestimmungen von § 1 einhält, lässt die Regierung ihm eine Inverzugsetzung zukommen, in der sie ihn auffordert, innerhalb einer Frist von dreissig Kalendertagen ab dieser Inverzugsetzung den Beweis zu erbringen, dass die in § 1 vorgesehenen Massnahmen ergriffen wurden.