3. In geval van de inbreng van kapitaal als bedoeld in artikel 3, onder c), die volgt op een vermindering van het vennootschappelijk kapitaal wegens geleden verliezen, kan het gedeelte van de kapitaalsinbreng dat overeenkomt met de vermindering van het kapitaal, worden uitgesloten van de belastinggrondslag, op voorwaarde dat de kapitaalsinbreng plaatsvindt binnen vier jaar na de vermindering van het kapitaal.
(3) Bei einer Kapitalzuführung gemäß Artikel 3 Buchstabe c im Anschluss an eine Kapitalverringerung infolge von Verlusten kann der Teil der Kapitalzuführung, der der Kapitalverringerung entspricht, von der Bemessungsgrundlage ausgeschlossen werden, sofern diese Erhöhung innerhalb von vier Jahren nach der Kapitalverringerung erfolgt.
