2. De kapiteins van andere dan in artikel 1 bedoelde visserijvaartuigen zenden aan de bevoegde autoriteiten van hun vlaggenlidstaat wekelijks een vangstaangifte toe, met daarin ten minste het ICCAT-registratienummer, de naam van het vaartuig, het begin en het eind van de periode, de gevangen hoeveelheid (waaronder het gewicht en het aantal exemplaren), inclusief nulvangsten, en de datum en positie van de vangsten (lengte en breedtegraad), volgens het model in bijlage IV of een gelijkwaardig model.
(2) Der Kapitän eines nicht in Absatz 1 genannten Fangschiffes übermittelt den zuständigen Behörden seines Flaggenmitgliedstaats eine wöchentliche Fangmeldung mit den Mindestangaben ICCAT-Registernummer, Name des Schiffes, Anfang und Ende des Zeitraums, Fangmenge (einschließlich Gewicht und Stückzahl), einschließlich Nullfänge, Fangdatum und Fangplatz (Längen/Breitengrad) nach dem Muster in Anhang IV oder in einem entsprechenden Format.