Tot slot klagen zij aan dat artikel 36.4 (in de zaak nr. 1941 spreken de verzoekende partijen ten onrechte van artikel 36.5) het beginsel van de vrijheid van handel en nijverheid en het beginsel van de vrijheid van vestiging schendt, doordat het de inrichtingen van klasse II verbiedt zich te vestigen in de nabijheid van scholen, ziekenhuizen, plaatsen die vooral door jongeren worden bezocht, plaatsen waar erediensten worden gehouden en gevangenissen.
Schliesslich bemängeln sie, dass Artikel 36 Nr. 4 (in der Rechtssache Nr. 1941, wobei die klagenden Parteien zu Unrecht Artikel 36 Nr. 5 erwähnen) gegen den Grundsatz der Handels- und Gewerbefreiheit sowie denjenigen der Niederlassungsfreiheit verstosse, indem er es den Einrichtungen der Klasse II verbiete, sich in der Nähe von Schulen, Krankenhäusern, von Jugendlichen aufgesuchten Orten, Kultstätten und Haftanstalten niederzulassen.