Vertaling van "kleinschalig niveau erkent " (Nederlands → Duits) :

27. is ingenomen met het feit dat de Commissie hernieuwbare energiebronnen als een "no-regrets"-optie beschouwt, evenals energie-efficiëntie en energie-infrastructuur, zoals bevestigd in het Energiestappenplan 2050 en bekrachtigd door het Parlement, en benadrukt het belang van de ontwikkeling van slimmere energienetten en nieuwe flexibele oplossingen voor energieproductie en -opslag, op zowel gedecentraliseerd als kleinschalig niveau; erkent in dit verband dat het gebruik van aardgas ten behoeve van stroomopwekking, verwarming en vervoer kan bijdragen aan een effectieve overgang naar een volledig koolstofvrije energiemix in de EU;
27. begrüßt es, dass die Kommission erneuerbare Energiequellen – in Verbindung mit Energieeffizienz und Ausbau von Energieinfrastruktur, wie im Energiefahrplan 2050 dargelegt und vom Parlament befürwortet – als unbedenkliche Option ansieht, und betont die Bedeutung der Schaffung von intelligenteren Energienetzen und neuen Lösungen zur flexiblen, räumlich gestreuten und kleinmaßstäblichen Erzeugung und Speicherung von Energie; stellt in diesem Zusammenhang fest, dass der Einsatz von Erdgas in den Bereichen Stromerzeugung, Heizung und Verkehr einen erfolgreichen Übergang zu einem gänzlich emissionsfreien EU-Energiemix begünstigen kann;

14. herinnert eraan dat het de bevoegdheid van de lidstaten is hun eigen energiemix te bepalen; erkent dat het Stappenplan Energie 2050 de nationale, regionale en lokale inspanningen om de energievoorziening te moderniseren aanvult; erkent bijgevolg dat de lidstaten moeten samenwerken op basis van gemeenschappelijke doelstellingen; benadrukt voorts dat in de totstandbrenging van een goed gecoördineerde, EU-brede, onderling verbonden en duurzame energietransformatie een bijzonder belangrijke rol is weggelegd voor de EU, die er onder meer voor moet zorgen dat het nationale beleid strookt met de doelstellingen en de wetgeving van de EU; vraagt de lidstaten en de Commissie opties te blijven nastreven die, als onderdeel van de mondiale inspanning, op technologisch diverse, duurzame, economisch efficiënte, concurrerende en veilige wijze aan de langetermijndoelstellingen van de EU inzake energie en klimaatverandering (zoals overeengekomen door de Raad) kunnen voldoen en die de markt daarbij zo weinig mogelijk verstoren, en op nationaal niveau inspanningen te blijven leveren om het potentieel voor kosteneffectieve energiebesparingen ten volle te benutten, onder andere ondersteund door de beschikbare financiële instrumenten van de EU; erkent tegelijk de voordelen van het ontwikkelen van een gecoördineerde en zo nodig gemeenschappelijke Europese benadering die de nodige ruimte moet laten voor de specifieke kenmerken van kleinschalige energiesystemen en de daaruit voortvloeiende behoefte aan flexibiliteit;
14. weist erneut darauf hin, dass jeder Mitgliedstaat für die Festlegung seines eigenen Energiemixes zuständig ist; nimmt zur Kenntnis, dass der Energiefahrplan 2050 nationale, regionale und lokale Bemühungen um die Modernisierung der Energieversorgung ergänzt; stellt daher fest, dass die Mitgliedstaaten auf der Grundlage gemeinsamer Ziele zusammenarbeiten müssen; betont darüber hinaus, dass der EU beim gut koordinierten, EU-weiten, aufeinander abgestimmten und nachhaltigen Umbau des Energiesystems eine wichtige Rolle zukommt, indem sie beispielsweise dafür sorgt, dass die nationalen Strategien mit den Zielen und Vorschriften der EU vereinbar sind; fordert die Mitgliedstaaten und die Kommission auf, auch künftig nach Lösungen zu suchen, wie die vom Rat vereinbarten langfristigen Energie- und Klimaschutzziele der EU im Rahmen der weltweiten Bemühungen technologisch vielfältig, nachhaltig, wirtschaftlich, wettbewerbsgeprägt, sicher und unter geringstmöglicher Marktverzerrung verwirklicht werden können, und ihre Bemühungen, das Potenzial für kostenwirksame Energieeinsparungen – unter anderem mit Unterstützung der verfügbaren EU-Finanzinstrumente – in vollem Maße auszuschöpfen, auf nationaler Ebene fortzusetzen; weist zugleich darauf hin, welche Vorteile die Entwicklung eines koordinierten und nach Möglichkeit gemeinsamen EU-Konzeptes birgt, bei dem den Besonderheiten kleiner Energieerzeugungsanlagen und dem entsprechenden Flexibilitätsbedarf Rechnung zu tragen ist;

13. herinnert eraan dat het de bevoegdheid van de lidstaten is hun eigen energiemix te bepalen; erkent dat het Stappenplan Energie 2050 de nationale, regionale en lokale inspanningen om de energievoorziening te moderniseren aanvult; erkent bijgevolg dat de lidstaten moeten samenwerken op basis van gemeenschappelijke doelstellingen; benadrukt voorts dat in de totstandbrenging van een goed gecoördineerde, EU-brede, onderling verbonden en duurzame energietransformatie een bijzonder belangrijke rol is weggelegd voor de EU, die er onder meer voor moet zorgen dat het nationale beleid strookt met de doelstellingen en de wetgeving van de EU; vraagt de lidstaten en de Commissie opties te blijven nastreven die, als onderdeel van de mondiale inspanning, op technologisch diverse, duurzame, economisch efficiënte, concurrerende en veilige wijze aan de langetermijndoelstellingen van de EU inzake energie en klimaatverandering (zoals overeengekomen door de Raad) kunnen voldoen en die de markt daarbij zo weinig mogelijk verstoren, en op nationaal niveau inspanningen te blijven leveren om het potentieel voor kosteneffectieve energiebesparingen ten volle te benutten, onder andere ondersteund door de beschikbare financiële instrumenten van de EU; erkent tegelijk de voordelen van het ontwikkelen van een gecoördineerde en zo nodig gemeenschappelijke Europese benadering die de nodige ruimte moet laten voor de specifieke kenmerken van kleinschalige energiesystemen en de daaruit voortvloeiende behoefte aan flexibiliteit;
13. weist erneut darauf hin, dass jeder Mitgliedstaat für die Festlegung seines eigenen Energiemixes zuständig ist; nimmt zur Kenntnis, dass der Energiefahrplan 2050 nationale, regionale und lokale Bemühungen um die Modernisierung der Energieversorgung ergänzt; stellt daher fest, dass die Mitgliedstaaten auf der Grundlage gemeinsamer Ziele zusammenarbeiten müssen; betont darüber hinaus, dass der EU beim gut koordinierten, EU-weiten, aufeinander abgestimmten und nachhaltigen Umbau des Energiesystems eine wichtige Rolle zukommt, indem sie beispielsweise dafür sorgt, dass die nationalen Strategien mit den Zielen und Vorschriften der EU vereinbar sind; fordert die Mitgliedstaaten und die Kommission auf, auch künftig nach Lösungen zu suchen, wie die vom Rat vereinbarten langfristigen Energie- und Klimaschutzziele der EU im Rahmen der weltweiten Bemühungen technologisch vielfältig, nachhaltig, wirtschaftlich, wettbewerbsgeprägt, sicher und unter geringstmöglicher Marktverzerrung verwirklicht werden können, und ihre Bemühungen, das Potenzial für kostenwirksame Energieeinsparungen – unter anderem mit Unterstützung der verfügbaren EU-Finanzinstrumente – in vollem Maße auszuschöpfen, auf nationaler Ebene fortzusetzen; weist zugleich darauf hin, welche Vorteile die Entwicklung eines koordinierten und nach Möglichkeit gemeinsamen EU-Konzeptes birgt, bei dem den Besonderheiten kleiner Energieerzeugungsanlagen und dem entsprechenden Flexibilitätsbedarf Rechnung zu tragen ist;

vraagt een opvoering van de noodhulp, om het onmiddellijke gevaar voor de armste mensen in de wereld als gevolg van hogere voedselprijzen te bestrijden; erkent evenwel dat geld niet volstaat en verzoekt de Raad, de Commissie en het Congres en de regering van de Verenigde Staten daarom structurele problemen, zoals te lage investeringen in de landbouw, aan te pakken; vraagt dat de EU, de Verenigde Staten en de multilaterale organisaties komen tot een gecoördineerde mondiale aanpak, die onder andere eerlijkere handelsregels en meer investeringen in de landbouw in ontwikkelingslanden, met focus op kleinschalige producenten en vrouwen, omvat; verzoekt de donoren steun te verlenen en te helpen bij de financiering van veiligheidsnetten voor de meest kwetsbaren; verzoekt de EU- en de VS-leiders de Task Force op hoog niveau voor de mondiale voedselcrisis, die is opgericht onder leiding van VN-secretaris-generaal Ban Ki-moon, actief te steunen en er actief aan deel te nemen;
fordert eine Aufstockung der Soforthilfe zur Bewältigung der unmittelbaren Bedrohung der ärmsten Menschen der Welt durch höhere Nahrungsmittelpreise; ist sich allerdings der Tatsache bewusst, dass Geld allein nicht ausreicht, und fordert deshalb den Rat, die Kommission sowie den US-Kongress und die US-Regierung auf, sich mit Strukturproblemen, wie etwa zu geringer Investitionen in die Landwirtschaft, zu befassen, und fordert einen koordinierten globalen Ansatz der Europäischen Union, der Vereinigten Staaten und multilateraler Organisationen, der fairere Handelsregelungen und gesteigerte Investitionen in die Landwirtschaft in Entwicklungsländern mit dem Schwerpunkt auf Kleinerzeugern und Frauen umfassen sollte; fordert die Geber auf, für eine Unterstützung und einen Beitrag zur Finanzierung von Sicherheitsnetzen für die am stärksten gefährdeten Menschen zu sorgen; fordert von den maßgeblichen Persönlichkeiten der Europäischen Union und der Vereinigten Staaten, sich aktiv an der hochrangigen Arbeitsgruppe zur weltweiten Nahrungsmittelkrise, die unter Leitung von UN-Generalsekretär Ban Ki-moon eingerichtet wurde, zu beteiligen und sie zu unterstützen;

21. vraagt een opvoering van de noodhulp, om het onmiddellijke gevaar voor de armste mensen in de wereld als gevolg van hogere voedselprijzen te bestrijden; erkent evenwel dat geld niet volstaat en verzoekt de Raad, de Commissie en het Congres en de regering van de Verenigde Staten daarom structurele problemen, zoals te lage investeringen in de landbouw, aan te pakken; vraagt dat de EU, de Verenigde Staten en de multilaterale organisaties komen tot een gecoördineerde mondiale aanpak, die onder andere eerlijkere handelsregels en meer investeringen in de landbouw in ontwikkelingslanden, met focus op kleinschalige producenten en vrouwen, omvat; verzoekt de donoren steun te verlenen en te helpen bij de financiering van veiligheidsnetten voor de meest kwetsbaren; verzoekt de EU- en de VS-leiders de Task Force op hoog niveau voor de mondiale voedselcrisis, die is opgericht onder leiding van VN-secretaris-generaal Ban Ki-moon, actief te steunen en er actief aan deel te nemen;
21. fordert eine Aufstockung der Soforthilfe zur Bewältigung der unmittelbaren Bedrohung der ärmsten Menschen der Welt durch höhere Nahrungsmittelpreise; ist sich allerdings der Tatsache bewusst, dass Geld allein nicht ausreicht, und fordert deshalb den Rat, die Kommission sowie den US-Kongress und die US-Regierung auf, sich mit Strukturproblemen, wie etwa zu geringer Investitionen in die Landwirtschaft, zu befassen, und fordert einen koordinierten globalen Ansatz der Europäischen Union, der Vereinigten Staaten und multilateraler Organisationen, der fairere Handelsregelungen und gesteigerte Investitionen in die Landwirtschaft in Entwicklungsländern mit dem Schwerpunkt auf Kleinerzeugern und Frauen umfassen sollte; fordert die Geber auf, für eine Unterstützung und einen Beitrag zur Finanzierung von Sicherheitsnetzen für die am stärksten gefährdeten Menschen zu sorgen; fordert von den maßgeblichen Persönlichkeiten der Europäischen Union und der Vereinigten Staaten, sich aktiv an der hochrangigen Arbeitsgruppe zur weltweiten Nahrungsmittelkrise, die unter Leitung von UN-Generalsekretär Ban Ki-moon eingerichtet wurde, zu beteiligen und sie zu unterstützen;