1. Elke lidstaat stelt voor ieder prioritair plaagorganisme dat in staat is zijn grondgebied of een dee
l daarvan binnen te komen en zich aldaar te vestigen, een afzonderlijk, regelmatig bij te werken, plan op met informatie over de besluitvormingsprocessen, procedures en protocollen die moeten word
en toegepast, en de middelen die minimaal beschikbaar moeten worden gesteld en de procedures om
bijkomende middelen beschikbaar te stellen wanneer ...[+++]officieel wordt bevestigd of wordt vermoed dat dat plaagorganisme aanwezig is („het noodplan”).
(1) Jeder Mitgliedstaat erstellt für jeden prioritären Schädling, der in der Lage ist, in sein Hoheitsgebiet oder Teile davon einzudringen und sich dort anzusiedeln, einen separaten Plan mit Informationen zu den anzuwendenden Entscheidungsprozessen, Verfahren und Protokollen, den bereitzustellenden Mindestressourcen und Verfahren für die Bereitstellung weiterer Ressourcen für den Fall, dass ein Verdacht auf Auftreten dieses Schädlings besteht oder dieses Auftreten amtlich bestätigt wird (im Folgenden „Notfallplan“), und aktualisiert diesen fortlaufend.