Inzonderheid kan het bepaalde in artikel 4, 1°, van het bestreden decreet, naar luid wa
arvan het integraal kwaliteitsbeleid gericht is op verantwoorde zorg rekening houdende met doeltreffendheid, doelmatigheid, continuïteit, veiligheid en « maatschappelijke aanvaardbaarheid » van de zorg niet zo worden geïnterpreteerd da
t zulks afbreuk zou doen aan de diagnostische en therapeutische vrijheid van de arts, zoals die onder meer door de artikelen 11 en 12 van het koninklijk besluit nr. 78, door artikel 130, § 1, tweed
...[+++]e lid, van de bij koninklijk besluit van 7 augustus 1987 gecoördineerde wet op de ziekenhuizen en door artikel 73 van de gecoördineerde wet van 14 juli 1994 betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen is gewaarborgd.Insbesondere können die Bestimmungen von Artikel 4 1° des angefochtenen
Dekrets, wonach die integrale Qualitätspolitik auf eine fundierte Pflege unter Berücksichtigung der Zweckdienlichkeit, Effizienz, Kontinuität, Sicherheit und « gesellschaftlichen Akzeptanz » der Pflege ausgerichtet ist, nicht so ausgelegt werden, dass dies der diagnostischen und therapeutischen Freiheit des Arztes Abbruch leisten würde, so wie diese unter anderem durch die Artikel 11 und 12 des königlichen Erlasses Nr. 78, durch Artikel 130 § 1 Absatz 2 des durch den königlichen Erlas
...[+++]s vom 7. August 1987 koordinierten Gesetzes über die Krankenhäuser und durch Artikel 73 des koordinierten Gesetzes vom 14. Juli 1994 über die Gesundheitspflege- und Entschädigungspflichtversicherung gewährleistet wird.