Het kwam de wetgever voor dat het onontbeerlijk is de strijd te versterken tegen het seksisme, dat hij « alomtegenwoordig » achtte, waarbij hij het als « een al te wijdverbreid fenomeen » aanmerkte (Parl. St., Kamer, 2013-2014, DOC 53-3297/001, p. 3).
Der Gesetzgeber erachtete es als unerlässlich, die Bekämpfung des Sexismus zu verstärken, den er als « allgegenwärtig » und als « allzu weit verbreitetes Phänomen » betrachtete (Parl. Dok., Kammer, 2013-2014, DOC 53-3297/001, S. 3).