In het zesde onderdeel van het eerste middel beweren de verzoekende partijen dat, in zoverre de in het middel aangevoerde
verdragsbepalingen zouden moeten worden gelezen in samenhang met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, het evident is dat de aangevochten wet met de invoering van een regeling van beperkte maatschappelijke hulpverlening voor onwettig verblijvende kinderen of voor hun gezin, een discriminatie in het
leven roept tussen laatstgenoemden en de wettig verblijvende kinderen of hun gezin, waarbij twee
...[+++] onderscheiden opvattingen van het belang van het kind worden ingevoerd naar gelang van de wettigheid van het verblijf in België.I
m sechsten Teil des ersten Klagegrunds behaupten die klagenden Parteien, insofern die im Klagegrund angeführten Vertragsbestimmungen in Verbindung mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung zu betrachten seien, sei es offensichtlich, dass das angefochtene Gesetz, indem es eine einschränkende Regelung der Sozialhilfe für sich illegal
aufhaltende Kinder oder für ihre Familie einführe, eine Diskriminierung zwischen diesen und den sich legal aufhaltenden Kindern oder ihre Familie schaffe, wobei es zwei unterschiedliche Vorstellungen von d
...[+++]en Interessen des Kindes je nach der Legalität des Aufenthaltes in Belgien einführe.