de regelgevingsbevoegdheid betreffende de visserij-activiteiten waarvan het effect op het leefmilieu te verwaarlozen is, wordt naar de lidstaten gedelegeerd; deze bepaling strookt met de conclusies die de Raad in december laatstleden heeft aangenomen (zie hierna) en de wens van de Commissie een evenwicht tot stand te brengen tussen het communautaire optreden en het specifiekere, plaatselijke optreden van de lidstaten;
ferner ist vorgesehen, den Mitgliedstaaten in ihren Hoheitsgewässern die Regulierungsbefugnis für Fangtätigkeiten zu übertragen, die keine wesentlichen Umweltauswirkungen haben; diese Bestimmung steht im Einklang mit den vom Rat im vergangenen Dezember angenommenen Schlussfolgerungen (siehe unten) und mit dem Wunsch der Kommission, ein Gleichgewicht zwischen den gemeinschaftlichen Maßnahmen und den spezielleren und lokal ausgerichteten Maßnahmen der Mitgliedstaaten wiederherzustellen;
