We moeten dit programma voor voedselverstrekking blijven zien als een onderdeel van het gemeenschappelijk landbouwbeleid – op dat punt zijn we het met de Commissie eens – , en wel omdat de Europese landbouw een sterke sociale roeping heeft, omdat het een goed functionerend instrument is, en omdat het meer dan ooit van belang is dat het blijft functioneren.
Wir stimmen mit der Kommission überein, dass dieses Programm zur Abgabe von Nahrungsmitteln aus verschiedenen Gründen auch weiterhin Teil der gemeinsamen Agrarpolitik sein sollte: weil die europäische Landwirtschaft eine deutliche soziale Dimension hat, weil das Programm ein funktionierendes Instrument ist, weil wir es jetzt mehr brauchen denn je, und weil es weiterlaufen muss.