5. Voor de bepaling van de in de leden 3 en 4 bedoelde individuele maxima maken de nieuwe lidstaten gebruik van de individuele gegevens over de landbouwer voorzover deze beschikbaar zijn, of van welk ander bewijs ook dat ten genoegen van deze lidstaten door de landbouwer wordt geleverd.
(5) Für die Festlegung der individuellen Obergrenzen im Sinne der Absätze 3 und 4 verwenden die neuen Mitgliedstaaten die individuellen Daten des Betriebsinhabers - soweit vorhanden - oder sonstige Angaben des Betriebsinhabers, die sie als hinreichenden Beleg ansehen.