Indien de aanvragende groepering in het productdossier bepaalt dat de in artikel 4, lid 2, onder e), van Verordening (EG) nr. 510/2006 genoemde verpakking van het landbouwproduct of levensmiddel moet plaatsvinden in het afgebakende geografische gebied, moeten de beperkingen van het vrije verkeer van goederen en het vrij verrichten van diensten die specifiek zijn voor het product, worden gemotiveerd.
Legt eine antragstellende Vereinigung in der Produktspezifikation fest, dass die Aufmachung des Agrarerzeugnisses oder des Lebensmittels gemäß Artikel 4 Absatz 2 Buchstabe e) der Verordnung (EG) Nr. 510/2006 in dem abgegrenzten geografischen Gebiet stattfinden muss, so sind solche produktspezifischen Beschränkungen des freien Warenverkehrs und des freien Dienstleistungsverkehrs zu rechtfertigen.