"Onverminderd artikel 2 van deze bijlage heeft de ambtenaar die na het bereiken van de 63-jarige leeftijd in dienst blijft, recht op een verhoging van het pensioen ten bedrage van 2 % van het salaris aan de hand waarvan zijn pensioen wordt berekend, voor ieder na deze leeftijd vervuld dienstjaar; het totale pensioen mag echter niet meer bedragen dan 70 % van zijn laatste basissalaris in de zin van artikel 77, tweede alinea, casu quo derde alinea, van het Statuut".
"Ungeachtet des Artikels 2 dieses Anhangs hat ein Beamter, der nach Erreichen des Alters von 63 Jahren im Dienst bleibt, für jedes Dienstjahr, das er ab diesem Alter ableistet, Anspruch auf eine Erhöhung seines Ruhegehalts in Höhe von 2 % des für die Berechnung des Ruhegehalts zugrunde gelegten Grundgehalts; das Ruhegehalt darf jedoch 70 % des letzten Grundgehalts des Beamten nach Artikel 77 Absatz 2 bzw. Absatz 3 des Statuts nicht übersteigen".