De bevriezing van tegoeden en economische middelen of de weigering tegoeden of economische middelen beschikbaar te stellen, geeft, wanneer die te goeder trouw wordt uitgevoerd in overeenstemming met deze verordening, geen aanleiding tot aansprakelijkheid van de natuurlijke of rechtspersoon of entiteit die deze maatregel ten uitvoer legt, of van de directeuren of werknemers daarvan, tenzij wordt aangetoond dat de tegoeden en economische middelen als gevolg van nalatigheid zijn bevroren.
Die natürlichen und juristischen Personen, Organisationen und Einrichtungen sowie ihre Führungskräfte und Beschäftigten, die im guten Glauben, im Einklang mit dieser Verordnung zu handeln, Gelder oder wirtschaftliche Ressourcen einfrieren oder ihre Bereitstellung ablehnen, können hierfür nicht haftbar gemacht werden, es sei denn, es ist nachgewiesen, dass das Einfrieren oder das Zurückhalten der Gelder oder wirtschaftlichen Ressourcen auf Fahrlässigkeit beruht.