"Op de pensioenen worden toegepast het gemiddelde van de voor ambtenaren geldende aanpassingscoëfficiënten van de hoofdsteden, alsmede de in artikel 3, lid 5, van bijlage XI van het statuut bedoelde aanpassingscoëfficiënt voor de pensioenen die is vastgesteld voor de lidstaat waar de pensioengerechtigde aantoont zijn hoofdverblijfplaats te hebben.
„Die Angleichung der Versorgungsbezüge erfolgt anhand des Mittelwerts aus dem Berichtigungskoeffizienten für Dienstbezüge und dem in Artikel 3 Absatz 5 des Anhangs XI des Statuts genannten Berichtigungskoeffizienten für Versorgungsbezüge, der für den Mitgliedstaat gilt, in dem der Empfänger nachweislich seinen ersten Wohnsitz hat.