In afwijking van de eerste alinea, worden voor samenwerkingsprogramma’s waarbij ultraperifere gebieden en derde landen of gebieden betrokken zijn, de respectieve derde landen of gebieden door de betrokken lidstaten geraadpleegd voordat de samenwerkingsprogramma’s bij de Commissie worden ingediend.
Abweichend von Unterabsatz 1 konsultieren bei Kooperationsprogrammen, an denen Regionen in äußerster Randlage und Drittländer oder Gebiete beteiligt sind, die betroffenen Mitgliedstaaten die jeweiligen Drittländer oder Gebiete, bevor sie die Kooperationsprogramme der Kommission übermitteln.