4. Indien een beleggingsonderneming waarvan de uitsluiting overeenkomstig lid 2 wordt overwogen, er niet in slaagt alternatieve regelingen te treffen die aan de voorwaarden van lid 3 voldoen, gaan de bevoegde autoriteiten die de vergunning hebben verleend, onverwijld tot intrekking van deze vergunning over.
4. Vermag eine Wertpapierfirma, deren Ausschluss gemäß Absatz 2 vorgesehen ist, keine alternativen Vorkehrungen zu treffen, die die Anforderungen nach Absatz 3 erfüllen, widerrufen die zuständigen Behörden, die die Zulassung erteilt haben, diese umgehend.