Vertaling van "lokale gemeenschappen erkent " (Nederlands → Duits) :

TERMINOLOGIE

regionale en lokale gemeenschappen
regionale und lokale Gebietskörperschaften

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

56. is ingenomen met de invoering van nieuwe instrumenten voor de coördinatie van belanghebbenden en de integratie van EU-beleid, en voor de toespitsing van investeringen op de werkelijke behoeften in het veld, zoals de geïntegreerde territoriale investeringen en de vanuit de gemeenschap geleide lokale ontwikkelingsinstrumenten, waarmee evenwichtige territoriale ontwikkeling wordt nagestreefd; wijst op het belang van de goedkeuring van instrumenten om de territoriale impact van beleidsmaatregelen te beoordelen, met als belangrijkste doelstelling de territoriale impact van EU-beleidsmaatregelen op lokale en regionale autoriteiten te onderzoeken en meer aandacht te besteden aan die impact in het wetgevingsproces, en erkent de bestaande uitdagingen voor de tenuitvoerlegging van geïntegreerd territoriaal beleid, gezien de resterende regelgevingsverschillen binnen de EU-fondsen en de sterk uiteenlopende omvang van de bevoegdheden van regionale en lokale gemeenschappen binnen de lidstaten en de beheersautoriteiten; verzoekt om een algemene, geïntegreerde EU-investeringsstrategie, waarvan de Europese stedelijke agenda een deel uitmaakt, en een versterking van de Territoriale Agenda van de EU 2020 die werd goedgekeurd tijdens het Hongaarse voorzitterschap in 2011 en naar verwachting door de voorzitterschappen van 2015 zal worden geëvalueerd; is van mening dat bijzondere aandacht moet worden besteed aan het versterken van de rol van kleine en middelgrote stedelijke gebieden;
56. begrüßt die Einführung neuer Instrumente zur Koordinierung der Interessenträger und zur Integration der Strategien der EU sowie zur Konzentration der Investitionen auf die wirklichen Bedürfnisse vor Ort, wobei es sich zum Beispiel um die Instrumente „integrierte territoriale Investitionen“ und „von der örtlichen Bevölkerung betriebene lokale Entwicklung“ handelt, mit denen eine ausgewogene territoriale Entwicklung angestrebt wird; weist darauf hin, dass es wichtig ist, dass Instrumente zur Abschätzung der territorialen Folgen der Strategien eingeführt werden, die vor allem dazu dienen sollten, die territorialen Auswirkungen der Strategien der EU auf die lokalen und regionalen Gebietskörperschaften zu untersuchen, und diese Auswirkungen im Rechtsetzungsprozess stärker berücksichtigt werden, und weist gleichzeitig auf die bestehenden Herausforderungen bei der Umsetzung integrierter territorialer Ansätze angesichts der verbleibenden regulatorischen Unterschiede bei den EU–Fonds und des sehr unterschiedlichem Grades der Mitverantwortung der regionalen und lokalen Gemeinschaften in den Mitgliedstaaten und der Verwaltungsbehörden hin; fordert eine allgemeine integrierte Investitionsstrategie der EU und die Stärkung der Territorialen Agenda der Europäischen Union 2020, die 2011 unter dem ungarischen Ratsvorsitz angenommen wurde und von den Ratsvorsitzen im Jahr 2015 bewertet werden soll, was die Städteagenda der EU einschließt; vertritt die Auffassung, dass besonders darauf geachtet werden sollte, kleine und mittelgroße städtische Gebiete zu stärken;

24. roept ertoe op bij de financiering van de plattelandsontwikkeling de aandacht te richten op nieuwe uitdagingen, innovatie op het gebied van landbouw en milieu en sociale en economische ontwikkeling, waaronder betere toegang tot openbare diensten en infrastructuur in landelijke gebieden, met name in de zwakkere of probleemgebieden; meent dat deze financiering ook gericht moet zijn op regionale en lokale voedselsystemen als strategie voor inclusieve groei, en op bijstand voor landbouwgemeenschappen voor levensonderhoud, en daarbij de bijdrage die deze vorm van landbouw levert aan lokale gemeenschappen erkent;
24. fordert, dass bei der Förderung der ländlichen Entwicklung der Schwerpunkt auf neue Herausforderungen, agrarökologische Innovation, soziale und wirtschaftliche Entwicklung, einschließlich eines verbesserten Zugangs zu öffentlichen Dienstleistungen und Infrastrukturen in ländlichen Regionen, insbesondere in strukturschwachen oder benachteiligten Gebieten gelegt wird; ist der Ansicht, dass dies auch die Förderung regionaler und lokaler Nahrungsmittelsysteme als Strategie für integratives Wachstum sowie die Unterstützung von Gemeinschaften mit Subsistenzlandwirtschaft in Anerkennung ihres Beitrags zu den lokalen Gemeinschaften einschließen sollte;

21. erkent de mogelijke rol van de intellectuele eigendom en het octrooistelsel bij de bevordering van innovatie, overdracht en de verspreiding van technologie tot wederzijds voordeel van belanghebbenden, leveranciers, houders en gebruikers van genetische hulpmiddelen, hun daarvan afgeleide producten, en hieraan verbonden verwante traditionele kennis op een manier die bevorderlijk is voor het welzijn en de ontwikkeling; benadrukt tegelijkertijd dat het systeem van intellectuele eigendomsrechten en het octrooistelsel geen nadelige effecten mogen hebben op de toepassing van traditionele kennis van inheemse volken en lokale gemeenschappen, hun wetten, gebruiken en kennissystemen of op hun vermogen om hun kennis met betrekking tot genetische hulpbronnen te gebruiken, te ontwikkelen, te creëren en te beschermen; wijst erop dat overeenkomsten tussen de partijen door inheemse volken en plaatselijke gemeenschappen in bepaalde omstandigheden kunnen worden beschouwd als een betere oplossing om baten te delen en hun belangen te beschermen, en tegelijkertijd het milieu in stand te houden en sociale en economische schade te voorkomen, bv. door vrijwaringsclausules;
21. erkennt an, dass geistiges Eigentum und das Patentsystem bei der Förderung von Innovation sowie des Transfers und der Verbreitung von Technologie zum gegenseitigen Vorteil von Akteuren und von Bereitstellern, Inhabern und Nutzern genetischer Ressourcen, ihrer Derivate und des entsprechenden traditionellen Wissens in einer dem Wohlstand und der Entwicklung förderlichen Weise eine Rolle spielen können, hebt jedoch gleichzeitig hervor, dass negative Auswirkungen der Rechte des geistigen Eigentums und des Patentsystems auf die Anwendung des traditionellen Wissens indigener Völker und ortsansässiger Gemeinschaften, ihrer Rechte und Praktiken und ihres Wissenssystems sowie ihrer Fähigkeit, ihr Wissen im Bereich der genetischen Ressourcen zu nutzen, weiterzuentwickeln, zu schaffen und zu schützen, vermieden werden müssen; weist darauf hin, dass unter bestimmten Umständen Verträge von indigenen Völkern oder ortsansässigen Gemeinschaften möglicherweise als praktikablere Lösung betrachtet werden, um gemeinsam davon zu profitieren und ihre Interessen zu schützen, gleichzeitig jedoch auch die Umwelt zu schützen und gesellschaftlichen und wirtschaftlichen Nachteilen vorzubeugen, z. B. mit Hilfe von Schutzklauseln;

6. wijst erop dat, ondanks het feit dat het VBD het beginsel van duurzaam gebruik, de noodzaak van integratie van autochtone en traditionele kennis alsmede de noodzaak van een evenwichtig aandeel in het nut van instandhouding van biodiversiteit erkent, voor de meeste lokale gemeenschappen concrete resultaten tot dusverre uitgebleven zijn; de nationale regeringen moeten derhalve worden gestimuleerd lokale gemeenschappen en de autochtone bevolking te betrekken bij de invulling en de uitvoering van het VBD; wanneer het gebruik van autochtone genetische hulpbronnen of autochtone kennis commercieel nut afwerpt, dient door middel van nationale wettelijke voorschriften een evenwichtige betrokkenheid van de gemeenschappen in situ bij dit nut te worden gewaarborgd;
6. stellt fest, dass trotz der Tatsache, dass das Artenschutz-Übereinkommen den Grundsatz der nachhaltigen Nutzung, die Notwendigkeit der Einbeziehung des einheimischen und traditionellen Wissens sowie die Notwendigkeit einer ausgewogenen Teilhabe am Nutzen der Erhaltung der Artenvielfalt anerkennt, für den Großteil der örtlichen Gemeinschaften konkrete Ergebnisse bislang noch ausgeblieben sind; die nationalen Regierungen sollten daher ermutigt werden, die örtlichen Gemeinschaften und die indigene Bevölkerung an der Ausgestaltung und Durchführung des Artenschutz-Übereinkommens zu beteiligen; in dem Fall, dass die Nutzung einheimischer genetischer Ressourcen oder einheimischen Wissens kommerziellen Nutzen bringt, sollte durch nationale Rechtsvorschriften eine ausgewogene Teilhabe der Gemeinschaften vor Ort an diesem Nutzen sichergestellt werden;