(f) het gebruik van het voorwerp van de geoctrooieerde uitvinding bij de bouw of het gebruik van luchtvaartuigen of landvoertuigen of andere vervoermiddelen van andere landen dan deelnemende lidstaten waar dat octrooi eenheidswerking heeft, of toebehoren van deze toestellen, wanneer zij zich tijdelijk of bij toeval begeven op het grondgebied van de deelnemende lidstaten waar dat octrooi eenheidswerking heeft;
(f) den Gebrauch des Gegenstands der patentierten Erfindung in der Bauausführung oder für den Betrieb der Luft-, Land- oder sonstigen Fahrzeuge anderer Staaten als der teilnehmenden Mitgliedstaaten, in denen dieses Patent einheitliche Wirkung hat, oder des Zubehörs solcher Luft- oder Landfahrzeuge, wenn diese vorübergehend oder zufällig in das Hoheitsgebiet der teilnehmenden Mitgliedstaaten gelangen, in denen dieses Patent einheitliche Wirkung hat;