Als een lidstaat niet instemt met het voorstel van de Commissie voor financiële correcties, kan hij de zaak aan het bemiddelingsorgaan voorleggen. Dat heeft dan vier maanden de tijd om de argumenten van de twee partijen te wegen.
Ist ein Mitgliedstaat nicht mit den von der Kommission vorgeschlagenen finanziellen Berichtigungen einverstanden, kann er den Vorschlag der Schlichtungsstelle vorlegen, die dann vier Monate Zeit hat, um die Argumente beider Seiten zu prüfen.