4.3. Het monster wordt op de pennen van het testraam geprikt, waarbij ervoor wordt gezorgd dat de pennen het monster op de met behulp van de mal gemerkte punten doorboren en dat het monster op een afstand van ten minste 20 mm van het raam verwijderd blijft.
4.3. Die Prüfmuster werden an den Stiften des Prüfrahmens angebracht, wobei sichergestellt werden muß, daß die Stifte durch die markierten Punkte der Schablone hindurchgeführt werden und daß sich das Prüfmuster mindestens in einem Abstand von 20 mm vom Rahmen befindet.