(1) De lidstaten dragen er zorg voor dat uiterlijk op 31 december 2005 het aandeel van de op hun markten verkochte biobrandstoffen minimaal 2%, berekend op basis van de energie-inhoud, van de totale voor vervoersdoeleinden op hun markten verkochte hoeveelheid benzine en dieselolie bedraagt en dat dit aandeel vervolgens wordt verhoogd, volgens het in deel B van de bijlage opgenomen schema.
(1) Die Mitgliedstaaten gewährleisten, dass bis zum 31. Dezember 2005 mindestens 2 % aller auf ihren Märkten zur Verwendung im Verkehr verkauften Otto- und Dieselkraftstoffe, gemessen am Energieinhalt, auf Biokraftstoffe entfallen und dieser Anteil gemäß dem in Teil B des Anhangs angegebenen Zeitrahmen erhöht wird.