24. Wanneer de nationale rechter vaststelt dat een mededingingsregeling onder het verbod van artikel 85, lid 1, valt, onderzoekt hij of de Commissie op grond van artikel 85, lid 3, een vrijstelling van het verbod heeft verleend of deze zal verlenen.
24. Stellt der nationale Richter fest, daß eine Absprache den Verbotstatbestand des Artikels 85 Absatz 1 erfuellt, so prüft er, ob sie von der Kommission gemäß Artikel 85 Absatz 3 freigestellt worden ist oder freigestellt werden kann.