3. roept de lid
staten ertoe op een specifiek gezinsbeleid te voeren, dat het gezin financieel en bij zijn opvoede
nde en sociale taak steunt en beschermt en de solidariteit tussen de generaties bevordert; vraagt de lidstaten in hun beleid - de verscheidenheid van gezinsvormen in aanmerking nemende - rekening te houden met de noden en behoeften van gezinnen, o.a. door werk en vrije tijd beter op elkaar af te stemmen, de solidariteit tussen de generaties te versterken en de sociale bescherming zodanig te moderniseren dat zij doelmatiger
...[+++] en doeltreffender tegemoet kan komen aan de nieuwe behoeften die zich in de samenleving voordoen;
3. fordert die Mitgliedstaaten auf, eine besondere Familienpolitik zu betreiben, die die Familie wirtschaftlich und bei ihrer erzieherischen Aufgabe sowie im Hinblick auf die Solidarität zwischen den Generationen unterstützt und schützt; ersucht die Mitgliedstaaten, bei ihrer Politik - angesichts der Vielgestaltigkeit der Familienmodelle - die Nöte und Bedürfnisse von Familien zu berücksichtigen, unter anderem indem man Arbeit und Freizeit besser aufeinander abstimmt, die Solidarität zwischen den Generationen verstärkt und den sozialen Schutz modernisiert, damit er zielgerichteter den neuen Bedürfnissen entsprechen kann, die in der Gesellschaft entstehen;