3.1.5. Heftrucks met een of meer meerijdende werknemers moeten zodanig worden uitgevoerd of uitgerust, dat het gevaar voor kanteling wordt beperkt, bij voorbeeld:
3.1.5. Flurförderzeuge mit aufsitzendem Arbeitnehmer bzw. aufsitzenden Arbeitnehmern sind so zu gestalten oder auszurüsten, daß die Risiken durch ein Kippen des Flurförderzeuges begrenzt werden, z.B.: