Traduction de «mening dat hiervoor in alle lidstaten identieke kwantitatieve » (Néerlandais → Allemand) :

13. is van mening dat hiervoor in alle lidstaten identieke kwantitatieve en kwalitatieve prestatie-indicatoren zouden moeten worden gebruikt en wijst erop dat het salaris van de werknemers, de indicator van armoede, de levenskwaliteit, de competitiviteit, de levensverwachting en het niveau van de langdurige werkloosheid en het regionale niveau van diensten van algemeen belang zouden kunnen meetellen als kwalitatieve indicatoren; verlangt dat de lidstaten en regio's die steun ontvangen van de Europese fondsen, duidelijker communiceren over de rol van de Europese Unie om hun inwoners te doen beseffen dat de Europese Unie op grote schaal bijdraagt tot de ontwikkeling van hun woongebied en tot de totstandkoming van cohesie;
13. ist der Auffassung, dass hierfür quantitative und qualitative Leistungsindikatoren erstellt werden sollten, die allen Mitgliedstaaten gemeinsam sind, und erinnert daran, dass insbesondere die Erwerbseinkommen, der Indikator für Armut, der Lebensstandard, die Lebenserwartung, die Wettbewerbsfähigkeit und die Schwankungen bei der Zahl Langzeitarbeitsloser sowie das Niveau der Dienste im allgemeinen Interesse in den Regionen als qualitative Indikatoren berücksichtigt werden könnten; fordert, dass die Staaten und Regionen, die Hilfen aus den Europäischen Fonds erhalten, die Rolle der Europäischen Union deutlicher ins Bewusstsein der Öffentlichkeit rücken, damit die Bürger wissen, dass die Europäische Union in entscheidendem Maße zur Entwicklung ihrer Gebiete und zum Zusammenhalt beiträgt;

6. is van mening dat er ruimte is voor verbetering op het gebied van de goedkeuring van de rekeningen van voorgaande jaren en verzoekt de Commissie er bij de lidstaten op aan te dringen hun administratieve prestaties in dit opzicht te verbeteren; is evenwel van mening dat hiervoor inspanningen op lange termijn noodzakelijk zijn en beschouwt de ramingen van de Raad voor de ontvangsten in 2013 afkomstig van de goedkeuring van de rekeningen derhalve als zeer onrealistisch; dringt aan op een gedeeltelijke heropneming van de ramingen van de Commissie in de ontwerpbegroting 2013; verwerpt bovendien de door de Raad voorgestelde besnoeiingen op de schoolfruitregeling, gekoppelde rechtstreekse steun en internationale landbouwovereenkomsten;
6. ist der Ansicht, dass bei den Rechnungsabschlüssen der Vorjahre Verbesserungen erzielt werden können, und fordert die Kommission auf, an die Mitgliedstaaten zu appellieren, ihre Verwaltungsleistung in diesem Bereich zu verbessern; ist allerdings der Auffassung, dass dies langfristige Maßnahmen erfordert, und erachtet die Schätzung des Rates bezüglich der 2013 aufgrund des Rechnungsabschlusses zu erwartenden Einkünfte als höchst unrealistisch; fordert, die Schätzungen der Kommission aus dem Haushaltsplanentwurf 2013 teilweise wieder einzusetzen; lehnt darüber hinaus die vom Rat vorgeschlagenen Kürzungen bei der Schulobstregelung, den an die Stückzahl gekoppelten Direktbeihilfen und den internationalen Übereinkommen im Bereich der Landwirtschaft ab;

wijst erop dat het gezin de hoeksteen van de samenleving vormt en onlosmakelijk verbonden is met het overbrengen van waarden en het solidair samenleven; wijst erop dat de invoering van flexibele werktijden en van de mogelijkheid van telewerk naast de uitbreiding van de kinderopvang en professionalisering van de thuisverzorging van ouderen een belangrijke maatregel is om beroep en gezinsleven te kunnen combineren en om de gelijke participatie van vrouwen en mannen op de arbeidsmarkt, alsmede in onderwijs en opleiding te bevorderen; betreurt dat een gebrek aan passende verlofregelingen, ouderschapsverlofregelingen en flexibele werkregelingen voor beide ouders vrouwen vaak belet om actief deel te nemen aan de arbeidsmarkt en fulltime te werken; is van mening dat hiervoor ook een verandering van de ondernemingscultuur nodig is wat betreft de aanwerving en aanstelling van vrouwen; verzoekt de Raad, de Commissie en de lidstaten derhalve ervoor te zorgen dat de economische en financiële crisis niet leidt tot kortingen op sociale uitkeringen en bezuinigingen op sociale voorzieningen op het gebied van de zorg voor kinderen, ouderen en kwetsbare groepen;
unterstreicht, dass die Familie ein Fundament unserer Gesellschaft bildet und unabdingbar mit der Vermittlung von Werten und solidarischem Miteinander verbunden ist; unterstreicht, dass ein wichtiger Schritt für die Vereinbarkeit von Beruf und Familie sowie für die gleichberechtigte Teilhabe von Frauen und Männern am Arbeitsmarkt und an Bildung und Fortbildung die Einführung flexibler Arbeitszeiten und die Bereitstellung von Möglichkeiten zur Telearbeit sowie der Ausbau von Kinderbetreuung und die Professionalisierung häuslicher Altenpflege ist; bedauert die Tatsache, dass das Fehlen angemessener Urlaubsregelungen, Elternurlaubsregelungen und flexibler Arbeitszeitmodelle für beide Elternteile Frauen oft an einer aktiven Teilnahme am Arbeitsmarkt und an der Ausübung einer Vollzeiterwerbstätigkeit hindert; ist der Ansicht, dass dazu auch eine Veränderung der Unternehmenskulturen gehört, wenn es um die Einstellung und Beschäftigung von Frauen geht; fordert den Rat, die Kommission und die Mitgliedstaaten daher auf, dafür Sorge zu tragen, dass die Wirtschafts- und Finanzkrise nicht zu Kürzungen im Bereich der Sozialfürsorge und der Sozialleistungen bei der Betreuung von Kindern sowie älteren und schutzbedürftigen Menschen führen wird;

45. wijst erop dat het gezin de hoeksteen van de samenleving vormt en onlosmakelijk verbonden is met het overbrengen van waarden en het solidair samenleven; wijst erop dat de invoering van flexibele werktijden en van de mogelijkheid van telewerk naast de uitbreiding van de kinderopvang en professionalisering van de thuisverzorging van ouderen een belangrijke maatregel is om beroep en gezinsleven te kunnen combineren en om de gelijke participatie van vrouwen en mannen op de arbeidsmarkt, alsmede in onderwijs en opleiding te bevorderen; betreurt dat een gebrek aan passende verlofregelingen, ouderschapsverlofregelingen en flexibele werkregelingen voor beide ouders vrouwen vaak belet om actief deel te nemen aan de arbeidsmarkt en fulltime te werken; is van mening dat hiervoor ook een verandering van de ondernemingscultuur nodig is wat betreft de aanwerving en aanstelling van vrouwen; verzoekt de Raad, de Commissie en de lidstaten derhalve ervoor te zorgen dat de economische en financiële crisis niet leidt tot kortingen op sociale uitkeringen en bezuinigingen op sociale voorzieningen op het gebied van de zorg voor kinderen, ouderen en kwetsbare groepen;
45. unterstreicht, dass die Familie ein Fundament unserer Gesellschaft bildet und unabdingbar mit der Vermittlung von Werten und solidarischem Miteinander verbunden ist; unterstreicht, dass ein wichtiger Schritt für die Vereinbarkeit von Beruf und Familie sowie für die gleichberechtigte Teilhabe von Frauen und Männern am Arbeitsmarkt und an Bildung und Fortbildung die Einführung flexibler Arbeitszeiten und die Bereitstellung von Möglichkeiten zur Telearbeit sowie der Ausbau von Kinderbetreuung und die Professionalisierung häuslicher Altenpflege ist; bedauert die Tatsache, dass das Fehlen angemessener Urlaubsregelungen, Elternurlaubsregelungen und flexibler Arbeitszeitmodelle für beide Elternteile Frauen oft an einer aktiven Teilnahme am Arbeitsmarkt und an der Ausübung einer Vollzeiterwerbstätigkeit hindert; ist der Ansicht, dass dazu auch eine Veränderung der Unternehmenskulturen gehört, wenn es um die Einstellung und Beschäftigung von Frauen geht; fordert den Rat, die Kommission und die Mitgliedstaaten daher auf, dafür Sorge zu tragen, dass die Wirtschafts- und Finanzkrise nicht zu Kürzungen im Bereich der Sozialfürsorge und der Sozialleistungen bei der Betreuung von Kindern sowie älteren und schutzbedürftigen Menschen führen wird;

herinnert de Commissie en de lidstaten eraan dat voor de overgang naar een zeer efficiënt energiesysteem een systematische aanpak vereist is die is gebaseerd op synergie tussen verschillende sectoren; onderstreept dat het van essentieel belang is alle maatregelen te evalueren op basis van hun bijdrage aan de vermindering van de CO2-emissies; is van mening dat hiervoor de ontwikkeling van lokale geïntegreerde oplossingen een prioriteit zou moeten zijn;
erinnert die Kommission und die Mitgliedstaaten daran, dass ein systemischer Ansatz auf der Grundlage von Synergieeffekten zwischen verschiedenen Sektoren gewählt werden muss, um den Übergang zu einem hocheffizienten Energieversorgungssystem zu steuern; betont, dass es besonders wichtig ist, alle Maßnahmen anhand ihres Beitrags zur Senkung der CO2-Emissionen zu bewerten; ist der Auffassung, dass zu diesem Zweck vorrangig die Entwicklung lokal integrierter Lösungen verfolgt werden sollte;

19. is van mening dat de lidstaten verplicht moeten worden er voor te zorgen dat de algemene verspreiding van "intelligente meters" met zo min mogelijke storing voor de consument voltooid wordt binnen tien jaar na de inwerkingtreding van de voorstellen van het "derde pakket" (houdende wijziging van Richtlijn 2003/54/EG en Richtlijn 2003/55/EG), en onder de verantwoordelijkheid valt van de ondernemingen voor energiedistributie of -voorziening; dat de NRI's verantwoordelijk dienen te zijn voor het toezicht op de vooruitgang van deze ontwikkeling en voor het vaststellen van gemeenschappelijke normen hiervoor; dat de lidstaten dienen te worden verplicht ervoor te zorgen dat normen voor minimale technische vormgeving en operationele eisen voor meters rekening houden met interoperabiliteit, teneinde de consument maximale voordelen tegen minimale kosten te bieden;
19. ist der Auffassung, dass den Mitgliedstaaten die Auflage gemacht werden sollte, dafür Sorge zu tragen, dass die Einführung intelligenter Zähler innerhalb von zehn Jahren nach dem Inkrafttreten der Richtlinien des "Dritten Pakets" (zur Änderung der Richtlinien 2003/54/EG und 2003/55/EG) mit einem Mindestmaß an Beeinträchtigungen für den Verbraucher abgeschlossen wird und dies in der Verantwortung der Energieversorger liegen sollte; die nationalen Regulierungsbehörden (NRB) sollten für die Überwachung dieses Entwicklungsprozesses und für die Festlegung gemeinsamer Normen für diesen Zweck verantwortlich sein; die Mitgliedstaaten sollten ferner dafür Sorge tragen müssen, dass Normen zur Festlegung der Mindestanforderungen an die technische Auslegung und den Betrieb von Zählern auch die Interoperabilität regeln, um dem Verbraucher größtmöglichen Nutzen zu möglichst niedrigen Kosten zu gewährleisten;

Op basis van een zaak waarover het Europees Hof van Justitie heeft geoordeeld met betrekking tot de toepassing van identieke regels in Nederland (Zaak C-385/00 "De Groot" van 12 december 2002), is de Commissie van mening dat het niet verlenen van een volledige persoonsgebonden aftrek in strijd is met het vrij verkeer van werknemers en zelfstandigen en de overeenkomstige bepalingen van het EER-Verdrag en het recht van elke burger van de Unie om overeenkomstig artikel 18 van het EG-Verdrag vrij op het grondgebied van de lidstaten te reizen en te verblijven.
Auf der Grundlage eines Falles, bei dem der Europäische Gerichtshof über gleichartige Vorschriften in den Niederlanden entschieden hatte (RS C-385/00 „De Groot“ vom 12. Dezember 2002), vertritt die Kommission die Ansicht, dass die unvollständige Berücksichtigung von Freibeträgen im Gegensatz steht zum Grundsatz der Freizügigkeit der Arbeitnehmer und Selbständigen gemäß den Artikeln 39 und 43 EG-Vertrag und den entsprechenden Vorschriften des EWR-Abkommens sowie zu dem Recht eines jeden Unionsbürgers, sich gemäß Artikel 18 EG-Vertrag im Hoheitsgebiet der Mitgliedstaaten frei zu bewegen und aufzuhalten.

Aangezien de lidstaten verklaarden dat ze het Verdrag zouden ondertekenen zodra het hiervoor werd opengesteld in Merida, Mexico (Spanje was het enige land van de EU15 die dat niet deed), was de Commissie van mening dat de Europese Gemeenschap dat eveneens diende te doen.
Nachdem die Mitgliedstaaten ihre Bereitschaft erklärt haben, dem Übereinkommen beizutreten (Spanien hat das Übereinkommen als einziger EU-15-Mitgliedstaat nicht während der Konferenz in Merida unterzeichnet), vertritt die Kommission die Auffassung, dass sich die Europäische Gemeinschaft ihnen anschließen sollte.

De Commissie is van mening dat het bij dit verbod gaat om een buitensporige maatregel van gelijke werking als een kwantitatieve beperking van de invoer, die ingevolge artikel 28 van het EG-Verdrag verboden is omdat hierdoor de invoer van in andere lidstaten vervaardigde en/of in de handel gebrachte fietsendragers die achterop de auto worden geplaatst, wordt verhinderd.
Nach Auffassung der Kommission hat dieses Verbot die gleiche Wirkung wie eine unverhältnismäßige mengenmäßige Einfuhrbeschränkung, weil es die Einfuhr von Heck-Fahrradträgern verhindert, die in anderen Mitgliedstaaten rechtmäßig hergestellt und/oder in Verkehr gebracht werden. Solche Einfuhrbeschränkungen sind nach Artikel 28 EG Vertrag verboten.