Het Gerecht had toepassing moeten maken van de voor tweedimensionale merken ontwikkelde praktijk, volgens welke ook merken die slechts in geringe mate afwijken van de eenvoudige geometrische vormen, kunnen worden ingeschreven.
Das Gericht hätte auch hier nach der für zweidimensionale Bildmarken entwickelten Praxis vorgehen müssen, wonach Gestaltungen, die über einfache geometrische Formen hinausgehend nur eine geringe Abweichung aufwiesen, trotzdem als Marke eingetragen werden könnten.
