18. benadrukt dat een verbeterd onderzoek- en innovatiebeleid ertoe moet bijdragen nieuwe mogelijkheden voor werkgelegenheid te creëren langs de weg van duurzame ontwikkeling, waarbij het accent moet liggen op ecologische innovatie en duurzame productie (bijvoorbeeld met zonne-energie geproduceerde waterstof, windenergie, brandstofcellen, biomassa, plantaardige grondstoffen verwerkende chemische industrie), ecologisch efficiënte diensten (energiebehoud, mobiliteitsdiensten, hergebruik en recycling) en duurzame methodes bij het ontwerpen en beheren (bionica, geïntegreerd productbeleid).
18. hebt hervor, dass verbesserte Forschungs- und Innovationspolitiken zu neuen Beschäftigungsmöglichkeiten durch nachhaltige Entwicklung beitragen müssen, mit dem Schwerpunkt auf Öko-Innovation und nachhaltiger Produktion (z.B. solare Wasserstofftechnik, Windenergie, Brennstoffzellen, Biomasse, chemische Industrie auf Pflanzenbasis), ökoeffiziente Dienstleistungen (Energiesparen, Mobilitätsdienste, Wiederverwendung und Recycling) und nachhaltige Technik und Managementmethoden (z.B. Bionik, Integrierte Produktpolitik).