23. herhaalt dat het maatschappelijk middenveld moet deelnemen aan de discussies over de essentiële onderwerpen in de huidige bilaterale onderhandelingen, dringt in dit verband aan op een uitbreiding van de rol van de in 2001 opgerichte rondetafelconferentie voor het maatschappelijk middenveld EU-India, en vraagt meer bepaald dat deze conferentie de nodige middelen krijgt om haar missie - de raadpleging van het maatschappelijk middenveld in de EU en India - naar behoren te kunnen uitvoeren; vraagt dat in het EU-besluitvormingsproces meer rekening wordt gehouden met de resultaten van deze uitwisselingen;
23. bekräftigt, dass die Zivilgesellschaft bei den Diskussionen zu wesentlichen Fragen in den beiderseitigen Verhandlungen einen zentralen Platz einnehmen muss, spricht sich in diesem Sinne dafür aus, die Bedeutung des 2001 begonnenen EU-Indien-Rundtischgesprächs mit der Zivilgesellschaft zu stärken und fordert insbesondere, dass dieses die Möglichkeit erhalten muss, seiner beratenden Funktion gegenüber der Zivilgesellschaft in der EU und Indien wirksam nachzukommen; spricht sich dafür aus, dass die Ergebnisse dieses Austauschs bei den Entscheidungen der EU stärker berücksichtigt werden;