De internationale handel in vis mag geen negatieve gevolgen hebben voor het milieu en de voedselzekerheid van de plaatselijke bevolking. Er moet op worden "toegezien dat de handel in vis en visserijproducten de betrouwbaarheid van de voedselvoorziening bevordert, niet tot afbraak van het milieu leidt en geen afbreuk doet aan de rechten en de voedselbehoeften van bevolkingsgroepen die voor hun gezondheid en hun welbevinden afhankelijk zijn van vis en visserijproducten".
Der internationale Handel mit Fisch und Fischereierzeugnissen darf sich nicht nachteilig auf die Umwelt und die Ernährungssicherheit der ortsansässigen Gemeinschaften auswirken. Es muss darauf "geachtet werden, dass der Handel mit Fisch und Fischereierzeugnissen der Ernährungssicherung förderlich ist, die Umwelt nicht gefährdet und den Rechten und dem Ernährungsbedarf derjenigen Bevölkerungsgruppen keinen Abbruch tut, die im Hinblick auf ihre Gesundheit und ihr Wohlergehen auf Fisch und Fischereierzeugnisse angewiesen sind ".