Dat er van kennelijk onverantwoorde ongelijke behandeling geen sprake is, vloeit naar het oordeel van de Vlaamse Regering ook nog voort uit de mildering, zo niet de volledige uitschakeling, door artikel 56 van het Wetboek der Successierechten, zoals vervangen door artikel 3 van het decreet van 15 april 1997 en gewijzigd door de decreten van 17 juni en 15 juli 1997, van het effect van de bestreden maatregel voor de nalatenschappen die niet meer dan 3 miljoen frank bedragen.
Dass von einer offensichtlich ungerechtfertigten ungleichen Behandlung nicht die Rede sein könne, ergebe sich - nach Ansicht der Flämischen Regierung - ferner aus der Abschwächung, wenn nicht gar vollständige Abschaffung der Wirkung der angefochtenen Massnahme für Nachlässe von höchstens 3 Millionen Franken durch Artikel 56 des Erbschaftsteuergesetzbuches, so wie er durch Artikel 3 des Dekrets vom 15. April 1997 ersetzt sowie durch die Dekrete vom 17. Juni und 15. Juli 1997 abgeändert worden sei.