Slechts zes lidstaten breidden gedurende de referentieperiode het minimumaandeel uit, terwijl er in negen lidstaten een negatieve trend kon worden geconstateerd.
Nur in sechs Mitgliedstaaten ist der Mindestanteil im Bezugszeitraum gestiegen, während neun Mitgliedstaaten einen negativen Trend verzeichnen.