Vertaling van "minstens 60 maanden " (Nederlands → Duits) :

de rode wijnen moeten rijpen gedurende minstens 60 maanden, waarvan minstens 18 maanden in eiken vaten met een inhoud van ten hoogste 330 l en de rest van deze periode op de fles.
Rotweine müssen mindestens 60 Monate lang reifen, davon mindestens 18 Monate in Eichenfässern mit einem Höchstfassungsvermögen von 330 l und die restliche Zeit in Flaschen.

Hetzelfde geldt voor de personen wier rustpensioen ingaat tussen 1 januari en 31 december 2017 : diegenen met minstens 41 dienstjaren kunnen op 62 jaar en 6 maanden met pensioen gaan; diegenen met 42 dienstjaren kunnen op 61 jaar met pensioen gaan en diegenen met 43 dienstjaren kunnen op 60 jaar met pensioen gaan.
Das Gleiche gilt für die Personen, deren Ruhestandspension zwischen dem 1. Januar und dem 31. Dezember 2017 beginnt: Diejenigen, die mindestens 41 Dienstjahre nachweisen können, können mit 62 Jahren und 6 Monaten in Pension gehen; diejenigen, die 42 Dienstjahre nachweisen können, können mit 61 Jahren in Pension gehen, und diejenigen, die 43 Dienstjahre nachweisen können, können mit 60 Jahren in Pension gehen.

de rode wijnen moeten rijpen gedurende minstens 60 maanden, waarvan minstens 18 maanden in eiken vaten met een inhoud van ten hoogste 330 l en de rest van deze periode op de fles;
Rotweine müssen mindestens 60 Monate lang reifen, davon mindestens 18 Monate in Eichenfässern mit einem Höchstfassungsvermögen von 330 l und die restliche Zeit in Flaschen;

- op 60 jaar en 6 maanden voor de personen die minstens 38 dienstjaren vastgesteld overeenkomstig paragraaf 1, eerste lid, 1°, kunnen laten gelden;
- auf sechzig Jahre und sechs Monate für Personen, die mindestens achtunddreißig Dienstjahre, so wie sie in § 1 Absatz 1 Nr. 1 bestimmt sind, geltend machen können,

- op 60 jaar en 6 maanden voor de personen die minstens 38 dienstjaren vastgesteld overeenkomstig paragraaf 1, eerste lid, 1°, kunnen laten gelden;
- auf sechzig Jahre und sechs Monate für Personen, die mindestens achtunddreissig Dienstjahre, so wie sie in § 1 Absatz 1 Nr. 1 bestimmt sind, geltend machen können,