Met betrekking tot voorwaarde iii), „Steun in verhouding tot de kosten en baten van de herstructurering”, had de Commissie in beschikking N 401/97 al besloten dat staatssteun maximaal 50 % van de investeringskosten mocht belopen en dat de overige 50 % moest worden gefinancierd met door de aandeelhouders beschikbaar gestelde middelen en met tegen marktvoorwaarden afgesloten bankleningen.
Im Hinblick auf die Voraussetzung iii), „Verhältnis zu den Kosten und Nutzen der Umstrukturierung“, hatte die Kommission mit Entscheidung N 401/97 bereits entschieden, dass die Höchstgrenze einer staatlichen Beihilfe 50 % der Investitionskosten betragen darf, während die übrigen 50 % aus Posten finanziert werden sollten, die von den Anteilseignern und aus unter üblichen Marktbedingungen gewährten Bankkrediten stammen.