Mocht men, quod non, oordelen dat de aangevochten bepaling niet de gecombineerde uitoefening vormt van een bevoegdheid voorgeschreven bij artikel 127, § 1, van de Grondwet en van een fiscale bevoegdheid, maar dat het gaat om een zuivere belasting, dan zouden de artikelen 61 en volgende van het programmadecreet niettemin de Grondwet schenden.
In der - übrigens unzutreffenden - Annahme, dass man davon ausgehen sollte, dass die angefochtene Bestimmung nicht die kombinierte Ausübung einer in Artikel 127 § 1 der Verfassung vorgesehenen Zuständigkeit und einer steuerlichen Zuständigkeit darstellen würde, sondern dass es sich um eine reine Steuer handeln würde, so würden die Artikel 61 ff. des Programmdekrets dennoch gegen die Verfassung verstossen.