Zij menen dat, door zonder enig redelijk motief het voordeel van een automatische vaste benoeming voor te behouden aan enkel de inspecteurs voor artistieke cursussen in het kunstonderwijs, die overgangsbepaling de inspecteurs voor de andere cursussen in de andere onderwijstypes, die zich nochtans in dezelfde administratieve positie bevinden, discrimineert.
Sie sind der Auffassung, dass diese Ubergangsbestimmung, indem sie ohne vernünftige Begründung den Vorteil einer automatischen endgültigen Ernennung ausschliesslich den Inspektoren für Kunstfächer im Kunstunterricht vorbehalte, die Inspektoren der anderen Fächer in den anderen Unterrichtsarten diskriminiere, obwohl diese sich in der gleichen Verwaltungssituation befänden.