1. Het eigen vermogen van de betalingsinstelling mag niet kleiner worden dan het bedrag van het in artikel 7 bedoelde aanvangskapitaal of het bedrag van het eigen vermogen als berekend in overeenstemming met artikel 9 van deze richtlijn, naargelang welke drempel de hoogste is.
(1) Die Eigenmittel des Zahlungsinstituts dürfen nicht unter den Betrag des Anfangskapitals nach Artikel 7 oder den Betrag der Eigenmittel gemäß der Berechnung nach Artikel 9 der vorliegenden Richtlinie, absinken, wobei der jeweils höhere Betrag maßgebend ist.