6. wijst op de belangrijke rol van vrouwen in familieboerenbedrijven en dringt er bij de lidstaten op aan dat zij steun geven voor beroepsopleiding en na- en bijscholing, met name voor boerinnen, zodat de directe inbreng van vrouwen in familieboerderijen verder wordt bevorderd; dringt in dit verband aan op steun voor met name scholingsprojecten die bestemd zijn voor bedrijfsleidsters van familieboerenbedrijven en die gericht zijn op een grotere professionele betrokkenheid van vrouwen bij agrarische en regionale organisaties;
6. weist auf die wichtige Rolle der Frauen in landwirtschaftlichen Familienbetrieben hin und fordert die Mitgliedstaaten auf, Maßnahmen zur betrieblichen Aus- und Weiterbildung speziell für Bäuerinnen zu fördern, damit die direkte Beteiligung von Frauen in landwirtschaftlichen Familienbetrieben weiter gestärkt wird; ersucht in diesem Zusammenhang darum, besonders Bildungsprojekte für Betriebsleiterinnen von landwirtschaftlichen Familienbetrieben für mehr weibliches, professionelles Engagement in agrarischen und regionalen Gremien zu unterstützen;