15. is verheugd over de kwaliteitsvolle dialoog met de commissaris voor mededinging, maar meent dat die een reële democratische controle door het Parlement niet kan vervangen; benadrukt dat deze par
lementaire controle eens te meer belangrijk is omdat de Commissie in het kader van het mededingingsbeleid toezicht uitoefent op besluiten van d
emocratisch gekozen nationale en lokale overheden; benadrukt tevens de noodzaak om een betere dialoog tot stand te brengen tussen de C
...[+++]ommissie, de lidstaten, lokale en regionale overheden en het maatschappelijk middenveld; 15. ist der Auffassung, dass ein Dialog, wie ihn das für Wettbewerb zuständige Kommissionsmitglied führt, keine wirkliche demokratische Kontrolle durch das Parlament ersetzen kann; betont, dass diese parlamentarische Kontrolle umso wichtiger ist, als die Wettbewerbspolitik der Kommission die Möglichkeit verleiht, Beschlüsse dem
okratisch gewählter nationaler und lokaler Regierungen zu kontrollieren; betont zudem, dass ein besserer Dialog zwischen der Kommission, den Mitgliedstaaten, den lokalen und regionalen Behörden sowie der Zivilges
ellschaft aufgebaut werden muss; ...[+++]