De verzoeksters leiden een tweede middel af uit de schending van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre de koolstofdioxidebesparingsdrempel van 10 pct., volgens een bepaalde interpretatie van de bestreden bepalingen, moet worden bereikt zowel door de procédés die van hernieuwbare energiebronnen gebruik maken als door de kwaliteitswarmtekrachtkoppeling, terwijl een dergelijke vereiste erop neerkomt dat niet-vergelijkbare procédés voor de productie van elektriciteit op voet van gelijkheid worden geplaatst.
Die Klägerinnen leiten einen zweiten Klagegrund aus dem Verstoss gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung ab, insofern in einer gewissen Auslegung der angefochtenen Bestimmungen die Schwelle von 10 Prozent Einsparung von Kohlendioxid sowohl durch die Verfahren mit Verwendung von erneuerbaren Energiequellen als auch durch die hochwertige Kraft/Wärme-Kopplung erreicht werden müsse, während ein solches Erfordernis bedeute, dass man nicht vergleichbare Verfahren zur Elektrizitätserzeugung auf gleichen Fuss setze.