22. merkt voorts op dat slechts zes van de negen elementen van het interne controlesysteem op centraal niveau doeltreffend zijn, twee gedeeltelijk doeltreffend zijn en één (aantal controlebezoeken) helemaal niet doeltreffend is, en dat twee van de vijf elementen van het interne controlesysteem op delegatieniveau doeltreffend zijn en drie slechts gedeeltelijk doeltreffend (tabel 3 van het jaarverslag over de EOF's);
22. stellt weiter fest, dass von neun Elementen des internen Kontrollsystems auf zentraler Ebene sechs wirksam, zwei bedingt wirksam und eines – Anzahl der Kontrollsysteme – überhaupt nicht wirksam ist und dass von den fünf Elementen des internen Kontrollsystems auf Delegationsebene zwei wirksam und drei lediglich bedingt wirksam sind (Tabelle 3 des Jahresberichts über die EEF);